Diabetes type 2 en insuline zijn vaak met elkaar verbonden als je al langer diabetes hebt. Gelukkig is dat vaak ook omkeerbaar. Je kunt weer van je insuline af als je bij de 80% diabeten hoort die alleen maar insulineresistentie hebben.

Diabetes type 2, de eerste aanpak is leefstijl

De NHG standaard diabetes type 2 die huisartsen gebruiken, zegt dat de huisarts eerst uitleg moet geven over wat diabetes 2 is, waarom bloedsuikerwaarden kunnen stijgen en wat helpt om ze laag te houden. Vaak doet de praktijkondersteuner dit. Dit heet leefstijladvies.

Ook zoekt de praktijkondersteuner soms samenwerking met de diëtist en af en toe wordt de fysiotherapeut ingeschakeld als het bewegen niet lukt door een beperking.

Veel mensen met diabetes type 2 op tabletmedicatie, zoals Metformine

Bij veel mensen heeft in het verleden dit gesprek niet plaatsgevonden of was de diabeet zo onder de indruk van de diagnose dat een simpel advies over voeding niet werd gehoord. Als je alsnog die adviezen wilt, dat kan! Ga naar de behandelaar (huisarts, praktijkondersteuner, diabetesverpleegkundige) en zeg dat je met leefstijladviezen aan de slag wilt. Ze staan je met open armen op te vangen is mijn ervaring.

Als leefstijladviezen niet direct werken, schakelt de huisarts over op tabletmedicatie. De meest bekende is Metformine.

Het nadeel van Metformine is dat het vooral in het begin bij veel mensen misselijkheid tot gevolg heeft. Als dat blijft en ook andere tabletmedicatie niet goed valt bij de diabeet, dan wordt overgegaan op insuline. Ook mensen die hun bloedsuiker niet stabiel krijgen met tabletmedicatie of aan hun maximum zitten met tabletten worden overgezet op insuline.

Insuline vergt veel meten

De insuline die wordt gespoten heeft eenzelfde functie als de insuline die het lichaam zelf aanmaakt. Als je koolhydraten eet, komen er suikers vrij, die doen de bloedsuiker stijgen, dan schakelt het lichaam de insuline in, die zorgt dat de suiker uit de bloedbaan wordt opgenomen door de cellen en zo blijft de bloedsuikerspiegel stabiel.

Bij insuline gebruik is het handig om te weten hoe hoog de bloedsuikerspiegel is voor het eten, hoeveel koolhydraten je eet en dan kun je berekenen hoeveel insuline je moet spuiten om uiteindelijk een normale bloedsuikerspiegel te krijgen.

NB De rest van het artikel is alleen voor de insulinegebruikers die daadwerkelijk meten en rekenen. Als jij een vaste hoeveelheid insuline gebruikt en steeds bij elke maaltijd hetzelfde eet, dan geldt het onderstaande niet voor jou.

Diabetes type 2 en insuline, ook dat kun je verminderen

De oplossing ligt al besloten in de werking van de insuline: er is meer nodig als je meer koolhydraten eet. Omgekeerd is ook waar: er is minder nodig als je minder koolhydraten eet.

Stel je zou bij de lunch een boterham met jam vervangen door een boterham met vleeswaar en een plakje komkommer. Dan hoef je minder insuline te spuiten.

Stel je zou bij de lunch de boterham met vleeswaar en komkommer vervangen door een salade van sla met wat gegrilde groenten en naar keuze wat gerookte zalm of wat kipfilet. Dan mag je weer wat minder insuline gebruiken, of hoef je wellicht helemaal niet meer te spuiten voor deze maaltijd.

Stel je zou het koekje bij de thee laten staan of vervangen door een handvol noten (aanbevolen door de Gezondheidsraad voor iedereen), ook dan heb je minder of geen insuline nodig.

Stel je zou bij het avondeten meer groenten opscheppen dan aardappelen, ook dan kan het insuline gebruik verder naar beneden.

De vicieuze cirkel de andere kant op laten cirkelen

Doordat je minder koolhydraten eet, kun je minder insuline gebruiken. Als je minder insuline gebruikt, worden je cellen gevoeliger voor insuline en kun je op termijn met minder insuline toe. Als je dat merkt, meldt dat dan bij de diabetesverpleegkundige, die kan helpen aanpassen van jouw rekentabel.

Als je minder insuline gebruikt, lukt het veel mensen makkelijker om af te vallen. En als je afvalt, word je gevoeliger voor insuline en kun je op termijn met minder insuline toe.

Als je afvalt, dan krijg je letterlijk meer bewegingsruimte. Het wordt makkelijker om te bewegen. En als je beweegt, word je gevoeliger voor insuline.

Het zijn soms hele kleine stapjes

Ik heb een grafiek gezien van iemand die experimenteerde met minder koolhydraten. Nog niet veel, maar wel al een beetje. Zijn gewicht bleef stabiel, maar zijn HbA1c daalde.

Mijn cursus is gebaseerd op die kleine stapjes en daarmee kun je stukje bij beetje je leefstijl aanpassen waardoor er steeds minder insuline nodig is. Je kunt insuline-vrij worden.

Of een grote stap

Soms is het een heel grote stap en die begeleid ik ook, maar altijd in overleg met de behandelaar. Niet ieder mens is geschikt voor deze grote stap en die ook vast te houden, met verjaardagen en de kerst en nieuwjaar. Bij de grote stap gaan we in een paar dagen over naar een koolhydraatbeperkte leefstijl en dat kan betekenen dat je na een week geen insuline meer nodig hebt. De jaren erna zijn spannend, want een patatje of gebakje zit er dan niet meer in. Tot je bloedsuikers reageren zoals een normaal mens reageert op bijvoorbeeld een aardappel in het eten of een boterham met kaas. Dan ben je niet alleen medicatievrij maar ook is je insulineresistentie verdwenen.

Conclusie over diabetes type 2 en insuline: je kunt medicatievrij worden

Nogmaals de waarschuwing, doe dit niet op eigen houtje omdat de risico’s op een hypo en eventueel coma te groot zijn. Ook kunnen bij een verkeerde verdeling van de voedingsstoffen tekorten ontstaan op jodium, vitamine A en vitamine B1.

Ik help je graag.